De in 1985 in dienst gestelde serie DDM-1 was de eerste serie dubbeldekstreinen van de NS. In september 2010 werd al het DDM-1 buiten dienst gesteld, maar in januari 2011 werd een deel van het DDM-1-materieel tijdelijk weer in dienst genomen tot en met april 2011. Vervolgens werd het materieel als preventieve herfst/wintermaatregel in het najaar van 2011 wederom in dienst gesteld. DDM-1 rijdt sinds die datum echter, na enkele aanpassingen, wel in combinatie met een locomotief uit de serie 1700 i.p.v. de serie 1800.
De serie bestaat uit:
13 stuurstandrijtuigen tweede klas type Bvk.
33 rijtuigen tweede klas type Bv.
29 rijtuigen eerste/tweede klas type ABv.
Op alle stuurstandrijtuigen waren de naam en afbeelding van een bedreigde diersoort aangebracht. Dit was een gezamenlijk initiatief van de NS en het Wereld Natuur Fonds.
Enkele van deze stickers waren weggehaald na erge slijtage. Dichtbij de rijtuigen waren nog wel de contouren te zien van wat zwart was.
Het stuurstandrijtuig Panda had in de jaren '80 brand gevat en was later voorzien van groene in plaats van rode banken.
De eersteklasbanken van DDM waren vrijwel gelijk aan die van de tweede klas in ICM, alleen voorzien van luxueuze stoffen bekleding. Van negen ABv-rijtuigen was de eerste klas gedeclasseerd naar tweede klas, waarbij de banken eenvoudigere bekleding kregen. In de loop van 2007 waren deze rijtuigen op vier na weer verbouwd tot ABv. Drie rijtuigen reden nog gedeclasseerd rond en een vierde stond terzijde met brandschade.
DDAR
De rijtuigen DD-AR zijn gebaseerd op de eerdere serie Dubbeldeksmaterieel (DDM-1). Door te kiezen voor een bestaand ontwerp kon het nieuwe materieel snel geleverd worden. Anders dan het geval was bij de DDM-1, zijn de huidige treinen voornamelijk bedoeld als stoptreinmaterieel en moeten daarom dezelfde rijtijden halen als Mat '64. Om deze reden zijn kleine treinstammen gewenst. Om een flexibele inzet mogelijk te maken zijn de stuurstandrijtuigen en de gebruikte locomotieven voorzien van automatische koppelingen van het type BSI. Hierdoor kunnen twee stammen (ongeacht de samenstelling) gekoppeld rijden.
Een ander opvallend verschil met DDM-1 is het interieur: in DDM-1 waren dezelfde rode banken geplaatst als destijds in de Sprinter, DD-AR heeft een groen interieur, deels met een nieuw type banken dat meer beenruimte bieden. Ook heeft DD-AR digitale bestemmingsdisplays aan de buitenzijde van ieder rijtuig.
De reguliere DD-AR-treinstammen bestaan uit een stuurstandrijtuig type Bvk, een tussenrijtuig type ABv, een rijtuig type Bv en een motorrijtuig type mABk of een rijtuig Bvk, een rijtuig ABv, twee rijtuigen type Bv en een locomotief. De treinstammen zijn respectievelijk genummerd in de serie 7800 dan wel serie 7400. Tot de komst van de motorrijtuigen reden ook treinstammen van drie rijtuigen, genummerd in de serie 7300. In 2003 werden, wegens een tijdelijk tekort aan locomotieven, enkele stuurstandrijtuigen ingezet in trek-duwtreinen bestaande uit Intercityrijtuigen en een locomotief van de serie 1700. Ter compensatie werden enkele DD-AR-stammen verlengd en vernummerd in de serie 7900. Sinds 2006 rijden alleen nog stammen van de serie 7400 en 7800. Een enkele keer wordt tijdelijk een stam met drie rijtuigen en locomotief geformeerd, waardoor af en toe een stam uit de serie 7300 opduikt.
In eerste instantie wilde NS direct dubbeldekstreinstammen met motorrijtuigen laten bouwen. Door materieelschaarste, mede naar aanleiding van de invoering van de OV-studentenkaart in 1991, was NS echter genoodzaakt op korte termijn nieuw materieel te bestellen. De ontwikkeling van motorrijtuigen duurde hiervoor te lang. Om deze reden werden alle stammen tijdelijk voorzien van een elektrische locomotief serie 1700, een gemodificeerde versie van de locomotieven van de serie 1600. Enkele jaren later werden alsnog motorrijtuigen gebouwd om een deel van de locomotieven af te lossen. Na de aflevering van de motorrijtuigen type mDDM in de periode 1996 - 1998 losten de vrijgekomen locomotieven een deel van de elektrische locomotieven van de serie 1600 af in het reizigersvervoer. Deze locomotieven schoven door naar het goederenvervoer waar zij de oude locomotieven van de series 1100, 1200 en 1300 aflossen. Er zijn 50 motorrijtuigen gebouwd, deze werden in de vroegere driewagenstammen geplaatst. De vierwagenstammen blijven rijden met een locomotief van de serie 1700.